Er zijn veel factoren die de koeling van spuitgietmatrijzen beïnvloeden, zoals de vorm van het kunststof onderdeel en het ontwerp van het scheidingsoppervlak, het type koelmedium, temperatuur, stroomsnelheid, geometrische parameters en ruimtelijke opstelling van de koelleiding, vormmateriaal , smelttemperatuur en de bovenkant van het plastic onderdeel. Temperatuur en matrijstemperatuur, thermische cyclusinteractie tussen plastic onderdelen en mallen, enz.
(1) Lage vormtemperatuur kan de vormkrimp van plastic onderdelen verminderen.
(2) De vormtemperatuur is uniform, de koeltijd is kort en de injectiesnelheid is snel, wat de vervorming van de plastic onderdelen kan verminderen.
(3) Voor het kristallijne polymeer kan het verhogen van de vormtemperatuur de grootte van het plastic onderdeel stabiliseren en nakristallisatie voorkomen, maar het zal leiden tot defecten in de vormcyclus en de broosheid van het plastic onderdeel.
(4) Naarmate de kristalliniteit van het kristallijne polymeer toeneemt, wordt de weerstand tegen spanningsscheuren van de kunststof verlaagd, zodat het voordelig is om de matrijstemperatuur te verlagen. Voor amorfe polymeren met een hoge viscositeit is het echter voordelig om de maltemperatuur en de vulsnelheid te verhogen en de toevoertijd te verkorten, aangezien de weerstand tegen scheurvorming direct gerelateerd is aan de interne spanning van het plastic onderdeel.
(5) Het verhogen van de matrijstemperatuur kan de oppervlaktekwaliteit van de plastic onderdelen verbeteren. Bepaling van de matrijstemperatuur Tijdens het spuitgietproces heeft de matrijstemperatuur direct invloed op het vullen van kunststoffen, de vormgeving van kunststof onderdelen, de vormcyclus en de kwaliteit van kunststof onderdelen. De temperatuur van de mal hangt af van de kristalliniteit van het plastic, de grootte en structuur van het onderdeel, de prestatie-eisen en andere procesomstandigheden zoals smelttemperatuur, injectiesnelheid, injectiedruk en vormcyclus. Voor een amorf polymeer stolt de smelt naarmate de temperatuur daalt nadat hij in de holte is geïnjecteerd, maar er vindt geen faseovergang plaats. De matrijstemperatuur heeft voornamelijk invloed op de viscositeit van de smelt, dat wil zeggen de vulsnelheid. Daarom kan voor amorfe kunststoffen met een lage smeltviscositeit en gemiddelde dichtheid zoals polystyreen, celluloseacetaat enz. een lagere maltemperatuur worden gebruikt om de afkoeltijd te verkorten.33